DEM heeft deze winter weer warmtefoto’s gemaakt, en wel op 17 locaties in de Merenwijk. Wijkambassadeur Marc Koene ging 9 januari eerst op stap met onze DEM secretaris Martin Dekker en daarna met DEM bestuurslid Techniek en energiecoach Peter Engbers om hun de fijne kneepjes van het vak te leren. Op 28 februari mochten Martin en Peter het alleen doen. Er komt inderdaad best wel wat bij kijken, het organiseren van al die opnames, het finetunen van de foto’s, en vooral bij het interpreteren van wat het betekent.

Voor de opnamen is het nodig dat de zon al meer dan 5 uur niet op het huis geschenen heeft, dat het koud en droog is, en dat er weinig wind is. We maken de warmtefoto’s normaal alleen aan de buitenkant van het huis, en wel ’s avonds tussen 23.00 – 01.00 uur. Vanwege de avondklok werd het in februari om 6.00 s’ochtends.

Aan warmtefotos kun je zien waar de warmte uit je huis ontsnapt en dat illustreert waar de zwakke isolatie plekken in het huis zitten. Ze kunnen bv de variatie in de spouwmuur isolatie laten zien en laten zien waar slechte kier dichting is. Zit er een radiator onder het raam? De muur is daar warmer dan elders. Behalve spouwmuurisolatie kan ook radiatorfolie het warmteverlies beperken. DEM levert een volledig rapport aan 1 of 2 weken na de opnames.

Wat leuk is, je kunt warmtefotos voor veel meer dingen gebruiken, zoals het opsporen van de ligging van de vloerverwarmings slangen en het onderzoeken van de efficiëntie van de radiatoren (zoals voor waterzijdig inregelen CV).

 

Hierbij enige uitleg over wat er te zien is op warmtefoto’s van huizen en hoe de beelden te interpreteren.

  1. In de warmtefoto staat de temperatuurschaal rechts naast elke foto. Die stel je zo in dat je goed de hoogste en de laagste temperatuur in het beeld kunt zien.
  2. Op het kruisje in het midden van het beeld maakt het toestel een puntmeting. Die temperatuur staat links boven in beeld. Daarmee kan op verschillende plekken op ramen en gevels een meting verricht. Over een groep huizen kan je daaraan zien of iets meer of minder warmte uitstraalt. Die warmte heeft de ketel gemaakt en belandt in de buitenlucht.
  3. Op een warmtefoto zijn zowel de temperatuur van de in beeld gebrachte oppervlakken te zien, als ook warme lucht die langs kieren en naden uit het huis komt. Als de woning lang (> 18 uur) op kamertemperatuur verwarmd is, geldt: hoe warmer een gevel, hoe slechter de isolatie. Soms is de plaats van een radiator goed aan het temperatuurbeeld van een gevel te zien. Radiatorfolie kan dan al veel schelen in het warmteverlies.
  4. Aan de kleur of temperatuur van het dak kun je niet zien hoe goed het geïsoleerd is. De Merenwijk heeft daken met een warm dak constructie; onder de pannen zit (koude) buitenlucht. De daken zijn donker van kleur, maar dat betekent niet dat de isolatie goed is. Aan de foto’s van het dak kun je alleen zien of er kieren zijn waardoor lucht en warmte van binnen naar buiten ontsnapt.
  5. Warmtefoto’s zijn ook niet erg geschikt om de isolatie van ramen te bepalen. Glas laat geen warmtestraling door en reflecteert juist de temperatuur vanuit de richting van de fotograaf, van de koude buitenlucht dus. Alleen als is één warmtefoto glas van verschillende kwaliteit op de zelfde hoogte t.o.v. de grond staat, kun je verschillen zien. Beter is het de isolatie van (dubbel) glas te bepalen aan de hand van de code die in de spouw staat. Enkel glas is altijd slecht geïsoleerd glas.

Kort gezegd: de foto’s zijn indicatief en kunnen illustreren waar zwakke plekken in een huis zitten. Het is belangrijk daarbij de foto’s van andere huizen te betrekken en te bespreken hoe het huis er aan de binnenkant uitziet.

Kijk op https://duurzameenergiemerenwijk.nl/eigen-huis/ voor meer informatie en hoe je kunt opgeven voor het maken van warmtefotos.