Een warmtenet is een veelvoorkomende manier om een hele wijk te verwarmen, zonder gebruik van aardgas. Het staat ook bekend als stadsverwarming of blokverwarming. Een grote centrale warmtebron en/of verschillende decentrale warmtebronnen zorgen voor verwarming en warm tapwater voor een groot aantal woningen in een wijk of een stadsdeel. Een warmtenet kan hoog temperatuur (HT) of lagere temperatuur water (LT) leveren. Er zijn verschillende bronnen die warm water kunnen leveren aan een warmtenet:
- restwarmte van de industrie;
- afvalverbrandingsinstallaties;
- biomassa verbranding;
- Diepe aardwarmte (geothermie);
- Ondiep bodemwarmte (i.c.m. warmtepompen).
- Aquathermie (i.c.m. WKO en warmtepompen).
- Zonthermie (i.c.m. PVT panelen, WKO, en warmtepompen).
Een warmtenet is een soort cv-installatie in het groot. Je hebt ergens in de omgeving een centrale ‘ketel’ (een warmtebron). Met buizen gaat het warme water naar de huizen. Via een speciaal ‘kastje’ (warmtewisselaar) kun je de warmte gebruiken voor verwarming en warm water. Het afgekoelde water gaat terug naar de ‘ketel’, die het weer opwarmt. In duurzame warmtenetten wordt aardwarmte of restwarmte gebruikt, bijvoorbeeld van een elektriciteitscentrale, fabriek of datacenter. Als de warmtebron duurzaam is, levert een warmtenet veel klimaatwinst op. Met een warmtenet kun je mogelijk veel huizen verwarmen. Daardoor hoeft er niet meer in ieder huis een cv-ketel op aardgas te hangen. De verwachtingen voor warmtenetten zijn hoog: in 2050 zou de helft van de wijken in Nederland een warmtenet kunnen hebben.
Zie meer info over een warmtenet bij Duurzaam Bouwloket en bij Vattenfall. Onze inzichten over de mogelijkheden, voordelen, en nadelen van warmtenetten in de Merenwijk volgen later.